Auditief beperkt en artistiek begaafd

In 1878 vindt er in Leeuwarden een tentoonstelling plaats van kunst en nijverheid vervaardigd door vrouwen. Deze expositie is de eerste in een reeks van exposities gewijd aan vrouwelijke maaksters, voortkomend uit de emancipatoire strijd.[1] Op de afdeling beeldende kunst hangen maar liefst 8 schilderijen en tekeningen van W. Amons uit Nieuwer-Amstel”. Voor haar werk krijgt de schilderes bovendien lovende kritieken. Toch is er verder weinig over haar bekend en lijkt ze niet op andere groepstentoonstellingen te exposeren. Verder onderzoek wijst uit dat het de jonge schilderes auditief beperkt en artistiek begaafd is. Ze neemt niet aan groepstentoonstelling deel, maar vindt wel andere manieren om met haar werk geld en aandacht te genereren.

Beginners

De tentoonstelling in Leeuwarden biedt aan een podium aan gevestigde en beginnende kunstenaars. Sommige van de exposerende vrouwen zijn bekende figuren die al vaker geëxposeerd hebben, zoals Sara Sartorius over wie ik al eens schreef.

Voor verschillende vrouwen is deze tentoonstelling echter de eerste gelegenheid om hun werk aan een groot publiek te tonen, voor sommige ook de enige. Ik besteedde al eerder aandacht aan sommige van hen. J. Alan, waarschijnlijk te identificeren als Jane Dinapore Allan, bijvoorbeeld toont haar werk uitsluitend in Leeuwarden en nergens anders. Anderzijds heeft schilderes Jacoba A. de Graaff, voor wie de tentoonstelling in Leeuwarden eveneens de eerste gelegenheid van exposeren is, nog een lange vruchtbare carrière als kunstenares voor de boeg.

Veel goeds

W. Amons is met acht werken één van de best vertegenwoordigde kunstenaressen in de sectie beeldende kunst.[2] Recensies over haar drie tekeningen en vijf schilderijen met diverse onderwerpen zijn lovend, zoals een selectie uit de nationale dagbladen laat zien:

Zoowel bij deze als bij de rubriek schilderijen hebben wij n°. 1 tot 8 zeer verdienstelijke stukken gezien van W. Amons te Nieuweramstel, stukken die, met het oog op den nog zeer jeugdigen leeftijd der maakster, veel goeds van haar doen verwachten.

– ‘De tentoonstelling van voorwerpen van nijverheid en kunst, door vrouwen vervaardigd. IV’, Algemeen Handelsblad (11 juli 1878), p. 5 via Delpher

Het Stil leven van W. Amons te Nieuwer Amstel, no. 4, is zeer goed geschilderd; vooral is de sla-emmer met radijzen verdienstelijk voorgesteld. Dit stukje verdient wel, dat men het nauwkeurig beschouwt.

Leeuwarder courant (12 juli 1878), p. 10 via Delpher

Ook de recensent van Dagblad van Zuidholland en ’s Gravenhage (15 juli 1878) noemt nrs 5 (vruchten) en 7 (een stilleven) van Amons onder de werken die de aandacht trekken.

Onvindbaar

De reacties zijn dus lovend. Des te verwonderlijker is het dat haar naam niet terug te vinden is in kunstenaarsdatabases, zoals die van het RKD – Nederlands Instituut voor Kunstgeschiedenis, en in kunstenaarslexica, zoals dat van biograaf Pieter Scheen. Dat komt omdat Amons niet deelneemt aan groepstentoonstellingen van levende kunstenaars, die in de 19de eeuw veelvuldig en in verschillende steden worden georganiseerd. Daarop baseerde Scheen immers een groot deel van zijn lexicon Nederlandse beeldende kunstenaars 1750-1950.

Inderdaad komt de naam Amons niet voor in tentoonstellingscatalogi in die tijd. Haar werk is niet eens aanwezig op de tentoonstellingen van levende meesters in Amsterdam, waar ze immers vlakbij woont. Amons houdt zich er, gewild of ongewild, verre van. Haar schilderijen en tekeningen zijn evenmin op de vrouwententoonstelling die enkele jaren later, in 1882, in Amsterdam wordt georganiseerd.[3] Veel van de kunstenaressen die in Leeuwarden aanwezig waren, exposeren wel opnieuw in Amsterdam in 1882, zo niet Amons.

Solotentoonstelling

Toch brengt speurwerk in oude kranten meer over Amons aan het licht. In 1887 is er namelijk een aankondiging van een expositie waarbij Amons wel betrokken is. In het pand Odeon in Amsterdam vindt dan een solotentoonstelling van haar geschilderde stillevens plaats.

Stadsnieuws in Het nieuws van den dag (21 maart 1887), p. 10. Bron: Delpher

Uit het krantenbericht wordt het een en ander duidelijk over Amons, om te beginnen haar voornaam. Ze heet Wilhelmina. Bovendien blijkt ze inmiddels niet meer in Nieuwer-Amstel te wonen, maar in Sloten. Ten slotte leren we nog iets persoonlijks: de kunstenares kampt met een gehoorbeperking.

De journalist van Het nieuws van de dag gebruikt zelf het woord ‘doofstom’. Die term is in onbruik tegenwoordig in onbruik geraakt vanwege de negatieve en beledigende bijklank. Het wijst er echter wel op dat Amons waarschijnlijk al sinds geboorte of vroege jeugd doof of slechthorend is. Omdat ze zichzelf nooit heeft horen praten, spreekt ze waarschijnlijk niet of moeilijk verstaanbaar.

Ingang van het gebouw Odeon aan de Singel, nummer 460 (links), foto, circa 1920. Bron: Beeldbank Gemeentearchief Amsterdam

Op de tentoonstelling in Odeon volgt een verloting, zo lezen we verder in het krantenbericht. Zes van de stillevens van Amons zullen na afloop van de expositie verloot worden, vermeldt ook het weekblad De huisvrouw (26 maart 1887), “ten einde de opbrengst te doen strekken voor hare opleiding”. Met de opbrengst van de verloting wil Amons kennelijk de kunstopleiding bekostigen die ze nog moet afronden.

Andere inkomsten heeft de kunstenares klaarblijkelijk niet of weinig. Haar gehoorbeperking zal het zeker lastiger voor haar maken om geld te genereren. Op haar verzoek of op eigen initiatief heeft zich daarom een commissie gevormd om haar te helpen. Daarin heeft onder andere de burgemeester van Sloten zitting.

Bericht in Dagblad van Zuidholland en ’s Gravenhage (16 maart 1887), p. 6. Bron: Delpher

Bericht over het initiatief van de verloting bereikt zelfs de oren van de koningin, blijkt uit berichten in Dagblad van Zuidholland en ’s Gravenhage (16 maart 1887), Algemeen handelsblad (15 maart 1887) en De tijd (17 maart 1887). Bovendien heeft de koninklijke hoogheid aangegeven het initiatief te ondersteunen.

Amsterdam

Meer informatie over de kunstenares is te vinden in bevolkingsarchieven. Daaruit blijkt dat Amons vaak verhuist en dat ze eigenlijk maar korte tijd in Nieuwer-Amstel woont. Oorspronkelijk komt ze namelijk uit Amsterdam. Amons is een dochter van kantoorbediende Martinus Johannes Amons en Wilhelmina Tieman. Het echtpaar trouwt op 20 september 1849.[4] Wilhelmina, die op 3 april 1857 geboren is, woont met haar ouders aan de Bloemgracht 8 in Amsterdam, nu Bloemstraat.[5] Vader is dan kelderknecht, moeder werkt dan bij de Bank van Leening. Wilhelmina heeft bovendien een jongere broer, met de naam Johannes, die wordt geboren op 24 september 1858.

Vanaf 22 april 1854 tot oktober 1861 staat het hele gezin ingeschreven aan de Vijzelgracht 305.[6] Vader is nog steeds kelderknecht, moeder werkt dan in een pandjeshuis.

Bij hen in huis woont bovendien Maria de Greeuw, van mei 1856 tot mei 1858. Wellicht draagt De Greeuw deel van de zorg voor de jonge Wilhelmina, want het meisje staat vanaf mei 1858 tot mei 1861 ingeschreven op een adres met De Greeuw – zelf geboren op 17 oktober 1785 – aan de Vijzelgracht 306, dan dus zonder haar eigen familie.[7] Ook van juni tot oktober 1861 woont Wilhelmina bij Maria de Greeuw, dan aan de Singel, op de hoek met de Jorisstraat.[8]

Amsterdam, Utrecht, Nieuwer-Amstel en Sloten

Wilhelmina’s moeder overlijdt in Amsterdam op 2 april 1870 volgens Het vaderland (7 april 1870). Wilhelmina Tieman is pas 51 jaar oud, als ze sterft. De kinderen blijven dan alleen met hun vader achter. Vanaf 1874 woont Wilhelmina vervolgens met haar vader Martinus Johannes Amons aan de Rozengracht 10.[9] Opvallend is voorts dat vader zich inmiddels flink lijkt te hebben opgewerkt in de maatschappij. Hij staat namelijk vermeld met als beroep: directeur van de Amsterdamse Voorschotbank.

Bericht over eervol ontslag van Martinus Johannes Amons als directeur van de Amsterdamsche Voorschotbank in Algemeen Handelsblad (8 juli 1875), p. 4. Bron: Delpher

Op 15 december vertrekken vader en dochter vervolgens naar Utrecht. Van 21 december 1876 tot 13 mei 1878 tot wonen ze daar aan Oud Kerkhof 38.[10] Daarna verhuizen ze naar Nieuwer-Amstel. Vandaar doet Wilhelmina haar inzending naar de tentoonstelling van nijverheid en kunst, vervaardigd door vrouwen, in Leeuwarden in 1878. Nieuwer-Amstel staat in de tentoonstellingscatalogus van Leeuwarden immers als haar vestigingsplaats.

Kunstschilderes

In 1883 verhuist Wilhelmina met haar vader vanuit Nieuwer-Amstel naar een onbekend adres in Sloten.[11] Daar blijven ze een tijdje wonen. Immers, als de tentoonstelling in Odeon opent, in 1887, woont Amons in Sloten, bleek al uit eerder genoemd krantenbericht. Haar vader is inmiddels werkzaam in assurantiën.

In 1890 woont Amons nog steeds met haar vader in Sloten.[12] Hij is dan commissionair, Wilhelmina staat voor het eerst in de bevolkingsarchieven te boek als “kunstschilderes”. Het lijkt er dus op dat ze met haar werk inmiddels geld weet te verdienen en haar werk dus verkoopt. Ook vindt ze andere manieren om inkomsten te genereren. In datzelfde jaar organiseert ze namelijk een tentoonstelling in Lokaal Eensgezindheid in Amsterdam. Daarvoor vraagt ze 25 cent entree. Ter kennisgeving laat ze bovendien bericht plaatsen in Het nieuws van den dag (26 februari 1890).

Gevel van het gebouw Eensgezindheid aan het Spui 12, hoek Nieuwezijds Voorburgwal, ca 1900, postbriefkaart, uitgave N.J. Boon, Amsterdam. Bron: Stadsarchief Amsterdam / N.J. Boon, Amsterdam.

Amons’ vader overlijdt op 1 juli 1898. Vanaf 21 juli 1898 staat Amons dan ingeschreven in Sloten, bij Johannes Coenraad van der Lee, gepensioneerd rijksambtenaar, en zijn dochter Coenradina Elisabeth Anna Maria, geboren 19 maart 1847.[13] Amons wordt dan nog steeds kunstschilderes genoemd. Vanaf 2 juli 1910 staat ze ingeschreven bij het gezin van weduwe Dingena Leerdam.[14]

Vanuit Sloten verhuist Amons in 1921 uiteindelijk naar de Spaarne dijk in Amsterdam, waarschijnlijk samen met Dingena Leerdam. Dan staat Amons namelijk op het adres van “Kostense wed I”, waarmee Leerdam wordt bedoeld die immers weduwe van Iman Kostense is.[15]

Overlijdensbericht in De Telegraaf (18 juni 1924), p. 12. Bron: Delpher

Amons overlijdt op 17 juni 1924. Ze is dan 67 jaar oud. Volgens de overlijdensadvertentie is haar adres dan weer een andere: Nassaukade 355 in Amsterdam. Amons wordt vervolgens begraven in Sloterdijk, op 20 juni.

Kunstschilderes

Wilhelmina Amons (1857-1924) is een getalenteerd kunstenares die kampt met gehoor- en spraakbeperkingen. Dat ze deels van anderen afhankelijk is, blijkt wel uit haar omzwervingen. Eerst blijft lang bij haar vader wonen die zich ondertussen opwerkt van kantoorbediende en kelderknecht tot bankdirecteur. Vervolgens woont ze bij Johannes Coenraad van der Lee en zijn dochter Coenradina. Vanaf 1910 staat ze ingeschreven bij het gezin van weduwe Dingena Leerdam.

Amons’ talent komt al vroeg bovendrijven en wordt snel opgemerkt in de pers. Als ze in 1878 aan de tentoonstelling in Leeuwarden meedoet, is ze pas 21 jaar oud. Omdat ze al vanaf jonge leeftijd met een auditieve beperking kampt, is zelfstandig opereren waarschijnlijk niet gemakkelijk. Toch volgt ze een kunstopleiding die ze succesvol afrondt en weet ze vanaf 1890 als professioneel kunstenares inkomsten te genereren met haar werk.


Tentoonstellingen

Hier volgt een kort overzicht van de tentoonstellingen van Wilhelmina Amons. Het zijn er drie, voor zover ik ze heb kunnen traceren, allereerst de groepstentoonstelling in Leeuwarden in 1878 en ten slotte twee solotentoonstellingen in Amsterdam in 1887 en 1890. Die laatste zijn slechts bekend uit krantenberichten.

Leeuwarden 1878: Tentoonstelling van voorwerpen van nijverheid en kunst, uitsluitend door vrouwen vervaardigd [recensies in Algemeen Handelsblad (11 juli 1878), p. 5 via Delpher, Leeuwarder courant (12 juli 1878), p. 10 via Delpher en Dagblad van Zuidholland en ’s Gravenhage (15 juli 1878) via Delpher]

  • “Teekening” (nr. 1)
  • “Dito”(nr. 2)
  • “Dito”(nr. 3)
  • “Stilleven” (nr. 4)
  • “Vruchten” (nr. 5)
  • “Dito” (nr. 6)
  • “Stil leven” (nr. 7)
  • “Dito” (nr. 8)

Amsterdam, Odeon, 1887: Tentoonstelling van schilderijen van mej. W. Amons, 25 maart – 23 mei [aankondiging in Het nieuws van den dag (25 maart 1887), p. 6 via Delpher]

  • “Schilderijen” waaronder “stillevens”

Amsterdam, Eensgezindheid, 1890: Tentoonstelling van schilderijen van mej. Wilh. Amons, 26 februari – (ten minste) 13 juni [aankondiging in Het nieuws van den dag (26 februari 1890), p. 5 via Delpher; laatst gevonden vermelding in Het nieuws van den dag (13 juni 1890), p. 14 via Delpher]

  • “schilderijen”

Noten

[1] Peter Karstkarel, ‘Gerharda Henriëtte Matthijssen en de eerste tentoonstelling van kunst en nijverheid door vrouwen (1878)’, De Vrije Fries 68 (1988), p. 85-92. Voor de tentoonstelling in Leeuwarden, zie ook Hanna Klarenbeek, Penseelprinsessen & broodschilderessen. Vrouwen in de beeldende kunst 1808-1913 (Bussum: Thott, 2012), p. 117-119.

[2] Catalogus der tentoonstelling van voorwerpen van nijverheid en kunst, uitsluitend door vrouwen vervaardigd, te houden te Leeuwarden in 1878 (Leeuwarden: J.R. Miedema, 1878), p. 81, nrs 1-8 [Google Books].

[3] Zie Amsterdamse Catalogus van de tentoonstelling van kunstwerken door vrouwen vervaardigd, in de kunstzaal van het Panorama-gebouw, Plantage tegenover Artis (Amsterdam: Roeloffzen & Hübner, 1882) [RKD Library].

[4] Noord-Hollands Archief te Haarlem, archief 358.6, inv.nr. 219, Huwelijksakten van de gemeente Amsterdam, 1849, aktenr. Reg. 8 fol. 12v: 20 september 1849 [Noord-Hollands Archief].

[5] Stadsarchief Amsterdam, archief 5000, inv.nr. 700, Bevolkingsregister 1851-1853, folio pagina 1626: 3 april 1837 [Stadsarchief Amsterdam].

[6] Stadsarchief Amsterdam, archief 5000, inv.nr. 661: Periode 1853-1863, Bevolkingsregister 1853-1863, Buurtcode: BB Adres: Amsterdam Vijzelgracht 305, bladnr. 1105, aktedatum 3 april 1857 [Stadsarchief Amsterdam].

[7] Stadsarchief Amsterdam, archief 5000, inv.nr. 661: Periode: 1851-1863, Bevolkingsregister 1853-1863, Buurtcode: BB Adres: Amsterdam Vijzelgracht 306, bladnr. 1271, aktedatum 3 april 1857 [Stadsarchief Amsterdam].

[8] Stadsarchief Amsterdam, archief 5000, inventaris­nr. 661, Bevolkingsregister 1853-1863, Buurtcode: X Adres: Amsterdam Singel hoek St Jorisstraat 14, bladnr. 560, aktedatum 3 april 1857 [Stadsarchief Amsterdam].

[9] Stadsarchief Amsterdam, Bevolkingsregister 1874-1893 Deel: 2106, Periode: 1874-1893, Amsterdam, archief 5000, Bevolkingsregister 1874-1893, Adres: Amsterdam Rozengracht 10, deel 425, bladnr. 191, aktedatum 3 april 1857 [Stadsarchief Amsterdam] Alvorens directeur te worden van de Amsterdamsche Voorschotbank is Amons directeur van de Onderlinge Brandwaarborg-Maatschappij Nederland. Daarvan ontvangt hij op 1 april 1873 eervol ontslag, blijkt uit bericht in dagblad Het nieuws van den dag (1 april 1873), p. 4 [Delpher]. Johannes Cornelis Ruijs volgt hem op, zoals bekend gemaakt wordt in Algemeen Handelsblad (1 april 1873), p. 4 [Delpher].

[10] Het Utrechts Archief, Bevolkings­register Utrecht, archief 1007-2, inv.nr. 7577 [Het Utrechts Archief].

[11] Stadsarchief Amsterdam, Bevolkingsregisters geannexeerde gemeenten, archief 5008, inv.nr. 7: Periode 1880-1890, Amsterdam, Bevolkingsregisters geannexeerde gemeenten, adres: Sloten, bladnr. 44, aktedatum 3 april 1857 [Stadsarchief Amsterdam]

[12] Stadsarchief Amsterdam, Bevolkingsregisters geannexeerde gemeenten, archief 5008, inv.nr. 42: Periode 1890-1906, Amsterdam, Bevolkingsregisters geannexeerde gemeenten, Adres: Sloten, bladnr. 299, aktedatum 3 april 1857 [Stadarchief Amsterdam].

[13] Stadsarchief Amsterdam, Bevolkingsregisters geannexeerde gemeenten, archief 5008, inv.nr. 25: Periode 1890-1907, Amsterdam, Bevolkingsregisters geannexeerde gemeenten, Adres: Sloten, bladnr. 404, aktedatum 3 april 1857 [Stadsarchief Amsterdam].

[14] Stadsarchief Amsterdam, archief 5008, inv.nr. 29: Periode 1909-1921, Amsterdam, 3 april 1857, Bevolkingsregisters geannexeerde gemeenten [Stadsarchief Amsterdam]. Voor het overlijdensbericht van Iman Kostense, zie De courant (25 juli 1905), p. 4 [Delpher].

[15] Stadsarchief Amsterdam, Gezinskaarten, archief 5422, inv.nr. 22: Periode: 1893-1939, Amsterdam, Gezinskaarten, deel 388, fol. 36, aktedatum 3 april 1857 [Stadsarchief Amsterdam].

Geef een reactie

Uw e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Back to Top